De voormalige pastorie Moerenburg die met alle andere geestelijke goederen door de Staatse overheid in 1648 in beslag was genomen t.b.v. de hervormde eredienst, wordt de woning van de rentmeester van de geestelijke goederen in het kwartier van Oisterwijk, Adriaen van Boucholt. Tevoren had dominee Paridanus Lemannus er wel gewoond, maar die was omstreeks 1660 al naar een huis bij de kerk verhuisd. Na van Boucholt woont er tot 1691 zijn opvolger in het ambt Bartholt van Slingelandt.