Willem II is zijn leven lang meer militair dan staatsman. Voordat hij uit ballingschap naar Nederland terugkwam (1813) had hij zich al onderscheiden in veldslagen van het Engelse leger. In Nederland werd hij bevelhebber van een legerkorps dat samen met Engelse en Franse troepen de strijd aanging met de Franse legers van Napoleon. Op 16 juni 1815 speelden Willem II en zijn troepen een belangrijk rol in de slag bij Quatre-Bras. Samen met de Nassause troepen van Bernard van Saksen-Weimar slaagden ze erin de Fransen, onder leiding van maarschalk Ney, tegen te houden totdat de Engelse versterkingen gearriveerd waren. Twee dagen later raakte de prins echter gewond in de slag bij Waterloo. In het gemeentehuis van Tilburg bevindt zich een schilderij dat dit moment in beeld brengt. Het werd circa 1816 geschilderd door L. Moritz. Deze en latere krijgsverrichtingen hebben Willem II zeer populair gemaakt als prins en koning die liever in het zadel van zijn paard zat dan op de troon in Den Haag. Napoleon verloor de slag bij Waterloo. Een direct gevolg daarvan was dat Noord- en Zuid-Nederland staatkundig werden samengevoegd, een verbinding die slechts 15 jaar zou standhouden.