Waarom Bernard de Pont in 1941 van Tilburg naar Arnhem verhuisde is niet duidelijk, maar het is zeker dat hij verschrikkelijk heimwee kreeg. Bovendien was het oorlog, en dus was contact met het thuisfront in Tilburg nog moeilijker dan het in die tijd normaal gesproken al geweest zou zijn. Soms liep zijn behoefte aan contact met Tilburg zo hoog op dat hij ’s morgens in Arnhem de fiets pakte en op het middaguur al in Tilburg aankwam, met zijn oudste zoontje achterop, en zelfs toen de bruggen over de grote rivieren gebombardeerd waren. Het deed hem dan goed, schreef hij, ‘dè’k zoo wir is ’n bietje m’n mallemoerstaol heb kunne praote.’ ‘Naarus’ was de schrijversnaam van Bernard (Bernardus, vandaar Naarus) de Pont, en hij schreef zijn ‘stukskes’ over Tilburg in 1941. Ze werden wekelijks gepubliceerd in de krant Groot Tilburg, onder de naam ‘Brieven van een oud-Tilburger’. Naarus werd geboren op 7 april 1897 en overleed op 2 oktober 1975. In een van zijn meest treffende columns spreekt hij de wens uit dat hij het liefst in Tilburg begraven zou worden, en wel ‘Aan de oevers van de Leij, temidden van de mensen die ik zo bemind heb.’ De teksten van de bijna dertig columns die Naarus geschreven heeft, zijn te vinden op het internet.