De ziekte die tijdens de Middeleeuwen en nog eeuwen daarna in heel Europa de meeste doden heeft geëist, is de pest. De eerste pestepidemieën kwamen rond 1350 voor in Zuid-Europa en ze verspreidden zich geleidelijk over het gehele continent. In Tilburg is de eerste uitbraak van de pest in 1449. Hoe de ziekte zich verspreidde was een raadsel. Veel later is ontdekt dat ratten de oorspronkelijke dragers van de ziektekiemen zijn, en dat rattenvlooien de ziekte op de mens overdragen. Als een mens ziek is geworden, kan hij andere mensen via de luchtwegen besmetten. Vergelijk dit maar eens de huidige angst voor de vogelgriep. Ook van dit virus heeft zich een variant ontwikkeld die van mens op mens overdraagbaar is. De pest werd meestal ‘de zwarte dood’ genoemd. Omdat de dood binnen enige dagen intreedt, lezen we in Tilburgse archiefstukken ook wel de benaming ‘de haastige dood’. Hoe zwaar de pest een gemeenschap kon teisteren, weten we uit archiefstukken. In registers of begraafboeken van kerken geven pestjaren altijd een ongewone stijging te zien van het aantal begrafenissen, en wordt de doodsoorzaak vaak vermeld. Niet altijd zijn de aantallen nauwkeurig na te gaan. Achter de naam van een overledene stond bijvoorbeeld eenvoudigweg de aanduiding ‘en de kinderen’, ter aanduiding dat een geheel gezin het slachtoffer was geworden.