Terug naaar Tijdmachine

1842

Koning Willem II - De Kazerne

Tussen 1831 en 1839 bleef het hoofdkwartier van prins Willem II in Tilburg gevestigd, en verbleef hij als opperbevelhebber van het ‘leger te velde’ in de stad. Maar ook nadat de zuidelijke Nederlanden in 1839 het zelfstandige België waren geworden en de noodzaak van een ‘leger te velde’ minder dringend was, bleven de latere koning en zijn troepen in Tilburg. Vanaf 1842 werd Tilburg een garnizoensstad. Op kosten van Willem II werd in 1841 begonnen met de bouw van drie stallen met ruimte voor 200 paarden. Hij legde zelf op 7 mei de eerste steen, en die steen is nog steeds zichtbaar in de zijgevel van het gebouw op de hoek Sint Josephstraat en Kazernehof. Op 15 november 1842 werden de stallen in gebruik genomen door twee eskadrons dragonders. Ongeveer een jaar later werd hun plaats ingenomen door twee eskadrons van de lanciers; vandaar de Tilburgse straatnaam in die omgeving: Lanciersstraat. Ook in volgende jaren werden de militaire complexen in deze omgeving uitgebreid (een manege aan de huidige Jan Aartestraat, bijvoorbeeld). Later is het complex onderdeel geworden van de textielfabriek BeKa, waarvan de schoorsteen nog steeds te zien is. In het complex van de stallen is tegenwoordig het Regionaal Archief Tilburg gevestigd.